nadra3

Nadra: “Ik was zwanger, mijn man zat opgesloten”

Deel dit verhaal

De man van Nadra (25) werd vier maanden opgesloten in Vottem terwijl zij zwanger was. “Het was emotioneel en financieel loodzwaar. Ik wilde zelfs onze baby vroeger laten komen om hem vrij te krijgen.”

“Mijn man en ik kwamen allebei als minderjarigen van Afghanistan naar België. We ontmoetten elkaar hier. Natuurlijk was het makkelijker geweest in Afghanistan – dan moesten we geen taal leren, waren we niet bedolven onder de administratie en hadden we niet onze laatste cent uitgegeven. Maar… er was geen veiligheid. Als die er wel was, waren we nooit vertrokken.”

“Ik kreeg papieren toen ik meerderjarig was. Mijn man niet. Op een dag stond de politie aan de deur en werd hij meegenomen. Ik was zwanger van ons eerste kindje en mijn man verdween in Vottem. Ik kan het geen ‘gesloten centrum’ noemen, het was een gevangenis. Ik kon niet zomaar langsgaan en moest altijd ruim op voorhand angeven wanneer ik op bezoek zou komen.”

“Is een gebrek aan papieren dan zo’n misdaad?”

“Het was een onwaarschijnlijk stressvolle periode. Het was emotioneel en financieel loodzwaar. Ik moest werken, de advocaat spreken, mijn man bezoeken… en ondertussen was ik hoogzwanger. Ik gaf mijn eigen studie op, was de wanhoop nabij. Ik wilde zelfs het kindje vroeger laten komen. Er werd tegen mijn man gezegd dat er geen reden was om in Belgiê te blijven, aangezien er nog geen kind was.”

“Mijn man weigerde zich te laten uitzetten. Hij werd naar de raadkamer gebracht als een crimineel, met handboeien en kettingen. Is iemand die geen papieren heeft dan echt hetzelfde als een gangster? Is niet het juiste papier hebben dan zo’n zware misdaad? Ik vind het erg oneerlijk dat mensen als mijn man op zo’n manier behandeld worden.”

“Een maand na zijn vrijlating kwam ons kindje ter wereld”

“Door hulp van onze advocaat kon mijn man Vottem na vier maanden verlaten en kreeg hij papieren voor één jaar. Hij moest bewijzen dat hij zichzelf kon onderhouden, zonder hulp van het OCMW. Dat heeft hij gedaan. Een maand na zijn vrijlating kwam ons kindje ter wereld.”

“Ondertussen zijn we veel geld kwijt. Mentaal heb ik nog niet alles verwerkt. Ik heb er de tijd niet voor gehad. Maar als koppel zijn we nu wel hechter dan ooit. Mijn man heeft gevoeld dat hij niet alleen staat. En ik heb gevoeld: er is iemand voor wie ik alles zou doen. No matter what.”

“Nu is ons leven niet meer élke dag een uitdaging, maar eerder normaal. We willen ons eigen huis kopen, hebben nieuwe doelen. En nu ik voel hoe we hier in veiligheid kunnen leven, wil ik ook iets teruggeven aan de maatschappij.”

Iedere persoon heeft een fundamenteel recht op vrijheid. De Move coalitie werd in januari 2021 opgericht als een gezamenlijk initiatief van Caritas, CIRÉ, JRS Belgium en Vluchtelingenwerk Vlaanderen. De leden van Move bundelen hun krachten om een einde te maken aan detentie om migratieredenen.We verkiezen waar mogelijk de term “(administratieve) detentiecentrum voor migranten” boven “gesloten centrum” om een duidelijk onderscheid te maken met de open opvangcentra voor personen die internationale bescherming verzoeken. Met deze keuze in terminologie benadrukken we de harde realiteit van detentie. Daarenboven omvat de term alle bestaande vormen van detentie om migratieredenen, zoals de terugkeerhuizen die we “administratieve detentiecentra voor gezinnen” noemen. Move gaat op zoek naar de verhalen van mensen op de vlucht in detentie om hen een gezicht en een erkenning als mens te geven.